Sterven vraagt tijd en heeft een eigen tempo. Het kan enkele uren duren maar veel vaker voltrekt het zich langzaam en traag. Wat gebeurt er als iemand sterft? Dat is uiteraard voor iedereen anders en bovendien afhankelijk van omstandigheden en condities. Toch zijn er symptomen die erop duiden dat de dood aanstaande is.
Gewichtsafname, afnemende energie en toenemende slaapbehoefte afgewisseld met heldere en wakkere momenten.
Het gezicht verandert door gewichtsverlies: ingevallen wangen, een spitse neus en ogen die terugvallen in de kassen.
Slikken wordt moeizaam.
Verlies van controle over blaas en sluitspieren met als gevolg incontinentie van urine en ontlasting.
Loopneus of loopoor.
Urine verandert van concentratie en wordt theekleurig als gevolg van uitdroging.
Overmatig transpireren of koorts door verandering in de hersenen.
Handen, voeten en neus voelen steeds kouder aan als gevolg van afnemende bloedcirculatie.
Opeenhoping van bloed kan paarsblauwe vlekken op onderbenen en rug geven als gevolg van slechte bloedcirculatie.
Huid wordt bleker en grauwer.
Gapen. Het is een natuurlijke reactie, ook voor wie buiten bewustzijn is, en brengt meer zuurstof in het lichaam.
Kleine, plukkende handbewegingen of grijpen in de lucht.
Ademhaling wordt onregelmatig, oppervlakkiger en moeizaam, zwaar en rochelend door het opeenhopen van vocht en afscheiding in de keel.
Als het einde nadert zal iemand nog slechts nu en dan ademen. Na de inademing gebeurt er secondelang niets en dan volgt er een verdere inademing (Cheyne-Stokes-ademhaling), door veranderingen in het ademhalingscentrum in de hersenen.
Uiteindelijk vallen alle lichaamsfuncties uit; de ademhaling stopt, het hart komt tot stilstand, het bloed stroomt niet langer en de hersenactiviteit dooft.