Mam, hoe ziet de hemel er eigenlijk uit?” Ze ligt in haar bed en kijkt me aan. Bruin krullend haar en bruine ogen. Januari 2005. Ze is vier jaar en zes maanden.
Ik probeer een beschrijving te geven van wat ik onder de hemel versta. “Maar”, besluit ik, “de komende 99 jaar ben jij nog niet aan de beurt, lieverd”. “Mam, ik wil een engel zijn”, antwoordt ze. Een week later is ze dood. Overleden. In mijn armen.
Een voltooid leven. Bestaat dat als je kind plotseling overlijdt bij een leeftijd van vierenhalf jaar? Als ik nu, dik elf jaar later terugkijk, besef ik dat het leven haar eigen pad en timing heeft, ook al ben je maar vier en half jaar oud. Maar geloof me, elf jaar geleden was ik daar niet echt mee bezig.
Laura was enig kind. Ik wilde er wel meer, graag zelfs, maar na een miskraam bleef het hierbij. Ik had me erbij neergelegd en was gewoon gelukkig. Met haar, met mijn partner en met het leven. Mijn band met haar was innig. Ik hield zielsveel van haar. Ze was lief, en zoals ze dat bij jong overleden mensen vaak zeggen, heel wijs. Ze vertelde dingen, vroeg dingen, die ik nu kan plaatsen in een ander perspectief. Toen ontging het me. Ik was er niet mee bezig, en was er niet aan toe. Zo vroeg ze met drieënhalf jaar waar ze vandaan kwam voordat ze in mijn buik zat. “Schat, je was er gewoon nog niet”. “Welles”, antwoordde ze toen boos, “ik was er wel, en kende jou al!” En later, ik: “Lieverd wat wil je later worden als je groot bent?” Antwoord uit een vier jarig mondje: ”Dan ga ik voor jou zorgen mama”.
Ze weten het, op een bepaalde laag, op een bepaald zielsniveau weten kinderen wanneer ze gaan overlijden. Ik heb het gevoeld, gezien en ervaren, of beter verwoord, zij heeft het gevoeld, gezien en aan voelen komen en zij heeft mij meegenomen in dat proces.
De dag voor haar overlijden heeft ze een heerlijke dag gehad, het staat me nog helder voor de geest. Ze was spontaan, open en enthousiast. In de avond werd ze ziek, wat steeds heftiger werd. De hele nacht was het raak; een continue stroom van overgeven en diarree. Het was heftig. De volgende ochtend zag ze grauw. Ze lag op mijn bed. Na heel veel bellen en trekken kwam de dokter pas in de loop van de middag. Het bizarre was dat mijn partner onverwachts terugkwam van z’n werk, iets wat hij nooit gedaan had. Maar zijn gevoel gaf aan dat ie naar huis moest. De dokter kwam en constateerde een buikvirus. Vocht blijven toedienen was het advies. Vervolgens liep hij met mijn partner naar beneden. Ik bleef alleen bij haar en hield haar in mijn armen. Ze schokte, riep ‘vader’ en overleed. Ik wist dat ze dood was. Er gebeurde daarna veel. Ambulance, politie, traumahelikopter en het ziekenhuis. Laura door de scan, en Laura aan de beademing, kunstmatig in leven. Ik ben die nacht in haar bed gekropen, zo dicht mogelijk bij haar. Heb haar liedje continue gezongen. De volgende dag kregen we te horen dat ze van de beademing af moest. Ze was klinisch dood.
Van een warm, ogenschijnlijk slapend meisje naar een meisje wat dood is. De beademing hebben we er afgehaald. De dood doet direct zichtbaar zijn intrede. En dan krijg je bevestiging van wat je al weet.
We vertrokken uit het Erasmus MC met Laura, gewikkeld in een warme deken op de achterbank van de auto, met haar hoofd op mijn schoot, naar huis. Een goede vriend reed. In het donker, door de stad met al haar lichtjes. De buitenwereld had geen idee wat er in deze auto afspeelde. Ik weet nog dat ik tegen haar praatte en zong, alsof ze er nog was.
Haar thuis verzorgen en opbaren op haar bed. De hele week die erop volgde was een stroom van doen, beslissingen en heftige momenten. Maar ook magische momenten. Soms een glimp mogen opvangen van wat niet zichtbaar is. Balanceren op de rand van het leven. Ik ben Ellen en Cornelieke van uitvaart de Wending innig dankbaar. Zij leerden me dat afscheid geen vaste regels heeft. Dat de enige leidraad je gevoel is. Door zoveel mogelijk zelf te doen, heb ik ook ontdekt hoeveel kracht er in mij, in ons schuilt. De cirkel rondmaken, hoe kort deze cirkel ook was. Een voltooid leven.
We zijn nu bijna 12 jaar verder. Ik heb nog twee heerlijke mensjes mogen krijgen van nu 9 en 10 jaar oud. Mijn huwelijk heeft het niet gered met de vader van mijn kinderen. De officiële doodsoorzaak van Laura is nooit vastgesteld. Er zijn sterke vermoedens die wijzen naar haar hart, maar we weten het niet. We hebben toen niet voor autopsie gekozen, omdat we haar bij ons wilden houden. Voor mij was het essentieel om echt met heel mijn wezen dit afscheid goed en diep te kunnen doorleven. Ik weet dat ze dit zo gewild zou hebben. En ja, nu nog steeds zou ik dezelfde keuze maken.
Er voltrekt zich een proces dat groter is dan ons bewustzijn, het reikt verder en dieper. En het omvat alle mensen die bij het sterven van hun dierbare betrokken zijn. Als een steen die in het water steeds verder uitkringelt. Voor mij als moeder was het heel heftig en intens. Ik kwam door Laura’s overlijden in een proces terecht waar ik niet bepaald om stond te springen. Maar toch, uiteindelijk heeft het mij een heel groot deel van mezelf gegeven. Ik ben er meer Dorinda door geworden. Van een tengere uitvoering naar een stevige uitvoering van mezelf. En Laura? Haar leven hier was kort. Haar steen in het water heeft voor heel veel beweging gezorgd. Een voltooid leven. En ze had gelijk: Laura zorgt voor mij.