Ze zwaait de deur open van de kroeg
Ze is te laat of waren wij misschien net te vroeg
Haar blinkend bruine ogen glinsteren verdacht
Wat voor geks heeft ze nu toch weer bedacht
Hartstikke doodgaan bedenk ik bijna hardop
Maar slik de woorden in terwijl ik een stokbroodje naar binnen prop
Aan de buitenkant is niets aan haar te zien
Eigenlijk heeft ze er nog nooit zo goed uitgezien
Gulzig verslikt ze zich in het bier net als in het leven
Flirtend draait ze om naar de man met wie ze contact maakte zo even
Voor mij zit een vrouw die niet lang te leven heeft
Maar die carpe fucking diem in iedere seconde beleeft
Ze staat op en rekent af
Ook met het leven
en wist zelfs tot op het einde een gulle fooi te geven
Door: Judith Bisscheroux, ter gelegenheid van de poëziewedstrijd op de Nationale Dag Aandacht voor Sterven, georganiseerd door Pal in de stad, netwerk palliatieve zorg Amsterdam-Diemen